bij ‘La playa’
van Oreja de Van Gogh

Aan de grond

Je voelt je zo’n schip op het strand,
het zand blijkt als bed te heet
voor troostwoorden.
Voorbije tijd kookt in je,
spijt is duur maar een harde nek
breekt echt op.

De liefde die je lopen liet
zet herinnering in brand,
lichterlaaie,
omhelzingen maken klam.
Wat geweest is klopt aan je deur,
zweet breekt uit.

En je denkt: Kon ik maar opnieuw
ter wereld komen in een
renaissance,
onbevangen zijn als kind,
zodat ik mezelf niet meer verlies,
zoals toen.

Ga niet onder in zonnebrand,
een koude douche komt van pas
als zomerhit.
Wedergeboorte, zong je,
klank die niet te verijdelen is,
sprong eruit.

Alfred Valstar (2021)